Presb. Luik, I.L. 1403-1427 (1403-1435) Den Bosch*, Breda Heer Willem Haghen, Hagen, was afkomstig uit Hilvarenbeek en zeer waarschijnlijk verwant aan de vorige notaris. Hij wordt in 1393 althans voor het eerst vermeld in één van diens akten (zie boven). In 1400 was hij onderpastoor van Klein-Zundert en bedienaar van het St.Nicolaasaltaar in Groot-Zundert. Op 17 maart 1403 stelde hij in Den Bosch het testament op van heer Adam van Mierde, deken de St.Jan (nr.264), die daaraan op 20 en 24 maart nog twee codicillen toevoegde. Waarschijnlijk verbleef heer Willem toen slechts tijdelijk in Den Bosch, mogelijk speciaal op uitnodiging van de testateur. Later woonde hij in Breda waar hij van 1406 tot 1427 als notaris bekend is. Van 1418 tot 1421 en in 1430 wordt hij genoemd als absent rector van het Maria-altaar in Wuustwezel. Omstreeks 1419 was hij tevens officialis foraneus van de aartsdiaken van Kempenland voor Breda en omgeving en van 1421 tot 1435 was hij rector of cureit van de O.L.V.-kerk aldaar. Ten slotte wordt hij van 1427 tot 1435 nog genoemd als landdeken van Hilvarenbeek. In 1427 woonde hij in de Visserstraat te Breda. Hoewel Breda in deze periode zijn vaste verblijfplaats was zal hij van tijd tot tijd ook in Hilvarenbeek geresideerd hebben. Hij overleed op 10 april 1435. 1) Als deken van Hilvarenbeek had hij er in 1427 voor gezorgd dat zijn verwant (consanguineus) Gerit Hagen niet hoefde te betalen voor zijn absentie als rector van het Mariaaltaar in Wuustwezel, welk beneficie Gerit blijkbaar tijdelijk van heer Willem had overgenomen. Verder wordt heer Willem in een concept-akte uit 1435 ook genoemd als uitvoerder van het testament van dominus Petrus Hagen, rector van Haaren (1421-1432), en had hij nog enkele naamgenoten die vermoedelijk eveneens aan hem verwant waren. Zo vervaardigde de notaris Wilhelmus Haghen de Loenhout (presb. Luik, I.L.) op 17 maart 1394 te Postel enkele transsumpten voor de meester van Postel. Hij zal dezelfde zijn als de dominus Wilhelmus Haghen die in 1399 en 1400 toestemming van de aartsdiaken van Kempenland kreeg om het Maria-altaar in Loenhout zelf te bedienen ondanks zijn taak als parochiepriester in Wuustwezel waar hij resideerde. Een andere dominus Wilhelmus Hagen was van 1441 tot 1471 waarnemend pastoor van Wuustwezel en omstreeks 1473 van Loenhout. Deze was van 1436 tot 1438 tevens rector van een altaar in Loenhout en bediende van 1438 tot 1445 ook het eerder vermelde Maria-altaar in Wuustwezel. Tussen 1437 en 1479 betaalde hij vrijwel ieder jaar een boete wegens overtreding van het celibaat met zijn bedienden, waarvan met naam worden genoemd Lysbeth vander Moere (1437), Mariken Huysmans (1442-1444) en Zoete (=RWD) (1479). Een Wilhelmus, filius Wilhelmi Hagen (cler. Utrecht, I.) trad op 1 en 2 januari 1495 te Thorn op als notaris. Hij is mogelijk dezelfde als de quidam Guilelmus Haghen qui se gerebat pro clerico die van 1475 tot 1489 verwikkeld was in een proces om het rectoraat van Wuustwezel en als de dominus Wilhelmus vander Haghen die omstreeks 1487 door Engelbrecht van Nassau aan de aartsdiaken van Kempenland werd voorgedragen als rector van het O.L.V.-altaar te Groot-Zundert en die nog in 1502 als rector van dat altaar wordt vermeld. Een frater Peter Haghen uit Hilvarenbeek was op het einde van de vijftiende eeuw proost van de abdij van Park bij Leuven en werd omstreeks 1499 pastoor van Celles waar hij in 1514 werd vermoord. 2)
|
Noten | |
1. | Bijlage II 160.4, 161.1, 289.2, zie ook 5.33; Juten, Consilium, 183, 234, 280; Erens, De oorkonden ... St.Catharinadal, 162-165 (regest 190) (4 aug.1406), 194-195 (regest 253) (4 juni 1421); RAA, SBAH, charter d.d. 16 jan.1421; RANB, KHHG 1, fo.65v-66r (regest 761) (2 jan.1426), fo.66v-67v (regest 775) (12 aug.1427); Bannenberg e.a., Re oude dekenaten, II xxi; Habets, "Fragment", 246, 254, 265; Bijsterveld, Laverend, I 166 nr.293 (mogelijk al landdeken sinds 1423); AAT I, 1605 (18 dec.1432); Habets, De archieven ... Thorn, 324 nr.313; Schutjes, Geschiedenis, III 5 (noemt hem tevens pastoor van Rijsbergen omstreeks 1433); Adriaenssen, Hilvarenbeek, 231; Zie ook: ARAG, NDR I, 497 (regest 1188) (16 dec.1423). |
2. | Juten, Consilium, 154, 186, 278, 280; GAH, RA 1206, fo.131v (8 okt.1435); AAP I, Oerle (17 mrt.1394), Veldhoven (idem) (= RANB, RSA 342); Bannenberg e.a., De oude dekenaten, I 154, II 122-145, Lijten, "De waarheid", 64; Bijsterveld, Laverend, I 209 nr.944; Habets, De archieven ... Thorn, 435-437 nr.468, 437-438 nr.469; OCMWA, SEGH, Oud archief 14, Wuustwezel (10 aug.1475, 10 okt.1475 en 10 mrt.1489); ARAG, NDR I 1394 (regest 2170) (ca.1487); Adriaenssen, Hilvarenbeek, 246, 261; Vgl. ook: Habets, "Fragment", 256 (Wilhelmus Haghen, clericus non coniugatus, rector van de kosterij van Oud-Gestel, 1430). |
Geertrui Van Synghel, De stedelijke secretarie van 's-Hertogenbosch tot ca. 1450 (2007) 166